Wat zijn shanty’s?
Rond de eeuwwisseling deden stoomschepen hun onstuitbare intrede op de wereldzeeën. Ze namen in toenemende mate de plaats in van de zeilschepen die tot dusver de verbindingen met overzeese wereld- of gebiedsdelen hadden onderhouden. Met het verdwijnen van de zeilschepen, ook wel windjammers genoemd, dreigden ook de zogenaamde shanties in de vergetelheid te geraken.
Deze ritmische arbeidsliederen werden aan boord gezongen tijdens bijvoorbeeld het gelijktijdig doorhalen van de brassen, bij het ankerlichten of bij het zware en ééntonige werk aan de pompen.
Voor het ontstaan van het woord “shanty” bestaan meerdere verklaringen. Een daarvan is dat het woord is afgeleid van het Engelse woord “chant”, wat zoveel betekend als zingen, een aanduiding voor negerliederen. Een andere lezing noemt het een afleiding van het Franse woord “chanter of chantez” zoals de Franssprekende neger-bootwerkers in New-Orleans het uitdrukten.
Naast de werkliederen waren er ook de ballades, waarin het harde leven aan boord, de willekeur van het scheepsgezag, de goede of slechte eigenschappen van het schip of de emotionele bindingen met de wal werden bezongen. Niet al deze liederen vonden hun ontstaan rechtstreeks in de zeevaart. Een aantal werd overgenomen uit het arbeidsrepertoire van negers die belast waren met het laden en lossen van de schepen, of uit het milieu van houthakkers en goudzoekers, waarin zeelui soms enige tijd hun geluk beproefden om vervolgens, met kennis van nieuwe melodieën en teksten, naar de zeevaart terug te keren.
Met shanties worden uitsluitend die liederen bedoeld, die werk-ondersteunend gebruikt werden. Hierbij is voornamelijk het ritme belangrijk.
De andere, vaak wat melancholieke liederen (fore-bitters), kunnen als zeemansliederen worden omschreven.
Beide categorieën maakten een duidelijk beeld van het leven en werken van het internationale legioen zeelui op de wereldzeilvloot.